De aardbol is op slot
Door Tilly Persoons

<- Terug

Goede middag Herman

Ik heb mij knus geïnstalleerd in mijn keuken met de obligatoire koffie en drie katten die me gezelschap houden en klassieke muziek die me begeleidt bij het schrijven naar jou. De ganse wereld is te mijden, Herman, de aardbol is op slot, hij draait nog wel en ik draai nog mee maar wel haast door en dit alles door een zeer besmettelijk virus Corona, een nanodeeltje in niets vergelijkbaar met onze aardbol maar het slaagt er wel in om alles op slot te doen, onze huizen, onze bedrijven, onze Horeca en afgesloten van onze familie en vrienden, gespeend van al wat het leven fijner maakt. Virologen zoeken nog steeds een vaccin, de sleutel tot onze bevrijding.

Je had dit niet willen meemaken, Herman, maar om mijn leven wat leuker te maken kijk ik graag naar mijn koertje vol groen met insecten die lustig rond vliegen alsof er niets is gebeurd, wat verder kijk ik op tegen een woonblok uit de jaren zestig en vraag me af hoe het deze mensen vergaat, kleine balkonnetjes net groot genoeg voor een stoeltje, een tafeltje, af en toe zie ik een meneertje verschijnen die eens komt happen naar de blauwe lucht en een vrouw die wat was buiten hangt.

Ik zelf voel me al enige tijd wiskundig ingelijst, met andere woorden mijn bewegingsvrijheid is net als bij miljarden anderen gelimiteerd geworden tot anderhalve meter, we moeten de anderen “mijden” en vele maskers geven dit onuitgesprokene aan.

De anderen voelen aan als ingelijfd bij een leger dat tegen het virus oprukt en tegen elkaar want stel je voor Herman, de andere kan besmet zijn, paranoia duikt overal op.

Als ik ‘s morgens boven aan mijn raam sta, kijk ik uit op een quasi lege straat, het anders zo levendige podium, de huizen zijn het decor geworden van deze onwezenlijke tijd, velen zitten thuis en ik denk aan wat er achter die coulissen gebeurt, daar speelt zich het scenario af van deze tijd dat we nooit zullen opvoeren, de gedachte alleen al is de souffleur van die emoties.

Corona leert ons hoogstwaarschijnlijk lessen in soberheid want wij zijn dat ontwend, wij kennen dat begrip dat na beide oorlogen heerste haast niet meer. Hoeven wij jaarlijks twee à drie keer te reizen, zijn citytrips zo veel keren per jaar nodig, heeft ons land niet meer genoeg te bieden, is de wereld jouw kust en Ardennen van vroeger geworden Herman? Zijn mensen echt malcontent en overheerst de hebzucht in deze tijd, lopen wij in het keurslijf van moeten en drukdoenerij en imponerend gedrag, ja, het moet steeds verder, de auto’s moeten groter of duurder, alles in het teken om ons te profileren maar dit is niet waar volgens mij het leven om draait, het leven heeft als enige boodschap liefde en dat is echter een virus dat we te weinig doorgeven!

Ik denk dan meteen aan het verplegend personeel; de verplegers, dokters, psychiaters die deze liefde voor de medemens uitdragen want zij staan aan het front, nu ik deze tijd toch al heb gelinkt aan een oorlog met een vijand die onzichtbaar, geruisloos en onhoorbaar rondsluipt. Ook vergeet ik de mensen uit andere sectoren niet alsook niet mijn vrienden Ingrid en Geert en mijn psychiater dr. Vanwalleghem die me doorheen deze tijd loodsen want het gekroonde monstertje, Corona en zijn adellijke telgen kruipen niet alleen in de longen en andere organen maar ook in het brein, mijn hersens worden stilaan loopgraven waarin ik mijn emoties tracht schuil te houden tegen dat steeds opduikende woord.

En net emoties moeten wij ons in de toekomst meer toe-eigenen in plaats van het surrogaat materie achterna te lopen. Het zal ons helpen om die steeds weer opduikende vijand te ontwapenen, plezier te zoeken in eenvoudigere dingen en onze moeder Aarde niet meer te teisteren met nog meer toename van auto’s, vliegreizen en dergelijke meer, de natuur wordt er ook beter en zelfs mooier van, kunnen wij niet met zen allen denken aan de kinderen van nu en de pasgeborenen?

Elke dag duiken er nog steeds droge cijfers op die een groot tranendal verbergen, een zee van smart, we moeten onze geliefden begraven alsof ze nooit geliefd zijn geweest, we kunnen amper afscheid van hen nemen. Is dit niet net wat tussen beide wereldoorlogen is gebeurd, mensen die hun vaders, zonen, broers verloren aan het front en die ergens te velde in Vlaanderen liggen en waar ook voor hen in Brussel een graf staat van de onbekende soldaat, er zijn vele paralellen met nu, ik ken geen mensen die eraan gestorven, Herman, maar met deze brief aan jou wil ik al deze onbekenden eren.

Tilly Persoons

<- Terug